• Seizoen 25/26
  • Interview

‘Klassiekers blijven vragen stellen’

Interview Jan Vandenhouwe

door Ilse Degryse / Foto Wouter Van Vooren, wo 7 mei 2025

2526 directie portretten c Wouter Van Vooren OBV 048 CORR

Met Parsifal als opener en Carmen als afsluitende voorstelling wordt 25/26 een bijzonder seizoen, waarin we samen met het publiek op zoek gaan naar de rituele kracht van de grote verhalen. Artistiek directeur Jan Vandenhouwe licht toe. ‘Mensen hebben er nood aan die verhalen collectief te herbeleven. We willen samen voelen, nadenken en vragen stellen.’

We trappen af met Parsifal van Richard Wagner. Dat is niet alleen voor jou, maar voor het hele huis een bijzondere opera.

'Opera Ballet Vlaanderen heeft een lange geschiedenis met Parsifal. De opera in Antwerpen is een van de eerste plekken waar het werk werd uitgevoerd buiten Bayreuth. De akoestiek is hier perfect voor Parsifal. Daaruit is vervolgens een Parsifal-traditie ontstaan, die decennialang is blijven lopen: elk jaar stond het stuk in de Goede Week op het programma. Bij de oprichting van de Vlaamse Opera in 1981 en de versmelting van Gent en Antwerpen is aan die traditie een einde gekomen, maar de latere intendanten Marc Clémeur en Aviel Cahn hebben elk een eigen Parsifal gebracht. Nu is het opnieuw tijd voor een nieuwe Parsifal.'

Wat is zo bijzonder aan Parsifal?

'Parsifal is de laatste opera van Wagner, zijn muzikale testament, waarin hij een absoluut meesterschap bereikt. Tegelijk is het een van zijn meest controversiële werken en dus ben je er nooit klaar mee. Je kan het op zoveel manieren lezen. Elke tijd verdient zijn eigen Parsifal.'

Je hebt de regie toevertrouwd aan de Duitse Susanne Kennedy.

'Ik ben erg verheugd dat we haar hebben kunnen overtuigen om haar eerste Wagner-opera bij ons te regisseren. Eerder bracht ze voor Theater Basel Einstein on the Beach van Philip Glass. Susanne Kennedy is een van de belangrijkste regisseurs in Duitsland en bij uitbreiding Europa. Parsifal is de geknipte opera voor haar als je haar traject kent. Veel van de thema’s in haar werk – het rituele, de totale controle over de tijdsdimensie, het mystieke en het esoterische, de enorme gelaagdheid – kenmerken ook Parsifal. Plus: in Parsifal duwt Wagner de theatrale middelen tot aan de grens, waardoor het bijna een kunstinstallatie wordt. Susanne Kennedy werkt sinds enkele jaren samen met de beeldende kunstenaar en video-artiest Markus Selg, die ook haar levenspartner is. Dus net als bij Wagner komen hier kunst en theater samen in een overdonderend Gesamtkunstwerk. Wat me bovenal aan Susanne Kennedy’s lezing fascineert, is dat ze de kern van het verhaal van Parsifal – de zoektocht naar een innerlijke waarheid – 100 procent ernstig neemt.'

‘Parsifal is een van Wagners meest controversiële werken en dus ben je er nooit klaar mee. Je kan het op zoveel manieren lezen. Elke tijd verdient zijn eigen Parsifal’

– Jan Vandenhouwe

Wat bedoel je daarmee?

'Parsifal kent zijn oorsprong in middeleeuwse, christelijke verhalen die zelf hun roots hebben in nog oudere mythen. De 12e-eeuwse schrijver Chrétien de Troyes schreef de allereerste graalroman Perceval ou le Conte du Graal overigens in Gent, toen hij werkte voor Filips van de Elzas, de Graaf van Vlaanderen die het Gravensteen liet bouwen. Parsifal vertelt over een onervaren jongeling die geconfronteerd wordt met een lijdende koning, maar hem geen vraag stelt. Hij toont geen empathie en wordt daarvoor zwaar gestraft. We volgen hem nadien op zijn queeste, een reis door de buitenwereld die natuurlijk vooral een reis in zichzelf is. Tot hij uiteindelijk tot een andere bewustzijnsstaat komt en in staat is medeleven te tonen. Mitleid is ook een leidmotief bij Wagner, die belangrijke linken zag met het boeddhisme en meer esoterische tradities. Het bijzondere aan Susanne Kennedy is dat ze dat allemaal omarmt. Ze gaat terug naar de archaïsche oorsprong van het theater en gelooft echt in opera als collectief ritueel. Ze probeert ons – net als Wagner, maar dan met de technologisch geavanceerde en digitale kunstvormen van vandaag – in een collectieve belevenis te trekken. Ze laat ons met de performers en de zangers op de scène deelnemen aan dat ritueel en zo leggen we samen een innerlijke reis af.'

Parsifal stelt geen vraag. Staat daarom deze brochure vol vragen die uit de voorstellingen komen?

'Door een vraag te stellen toon je je betrokkenheid bij de ander. Ik ben ervan overtuigd dat dat meer dan ooit belangrijk is, in een tijd die gedomineerd wordt door sociale media en waarin mensen vooral op zoek zijn naar de bevestiging van hun eigen gelijk. Het niet-weten is het kernthema dit seizoen. Wij willen oprechte vragen stellen en ze worden ons aangereikt door de verhalen die we op de scène brengen. De grote meesterwerken blijven ons bevragen. We merken trouwens al langer dat het publiek op zoek is naar die klassiekers. Klassieke concerten verkopen erg goed, net zoals voorstellingen die een groot verhaal vertellen. In onduidelijke en onzekere tijden waarin iedereen op zichzelf geworpen wordt, hebben mensen er nood aan die verhalen collectief te herbeleven. We willen samen voelen, nadenken en vragen stellen en dat is ook precies waar het in rituelen om draait.'

De centrale balletproductie – met Le Sacre du printemps, Boléro en La Valse – kreeg als overkoepelende titel Rites.

'Het bekendste ritueel uit de balletgeschiedenis is zonder twijfel Le Sacre du printemps van Igor Stravinsky. Wij brengen die in de fenomenale versie van Pina Bausch. Het is een harde en genadeloze voorstelling waarin thema’s als groepsdwang, opoffering en geweld tegen vrouwen naar een existentieel niveau worden getild. Pina Bausch nam het radicaal beleven van emoties als uitgangspunt. De fysieke uitputting van de dansers is ook écht, dus niet ‘gedanst’, en daardoor worden we er als publiek helemaal in meegezogen. Ook de Boléro van Maurice Ravel is één groot ritueel, maar toont daarentegen de kracht van samenhorigheid. De jonge choreograaf Shahar Binyamini wil een tegenwicht bieden aan een wereld vol verdeeldheid en oorlog. Zijn Bolero X is een opwindende en opzwepende choreografie met vijftig dansers.'

‘Het bekendste ritueel uit de balletgeschiedenis is zonder twijfel Le Sacre du printemps van Igor Stravinsky. Wij brengen die in de fenomenale versie van Pina Bausch’

– Jan Vandenhouwe

La Valse, ook van Ravel, wordt dan weer net een klein ritueel. En er is een bijzondere link met ons huis...

'Dat klopt. Lang werd gedacht dat het ballet La Valse in Parijs werd gecreëerd, maar uit brieven van Ravel is recent gebleken dat een choreografe van het toenmalige ballet van de opera in Antwerpen het hier precies honderd jaar geleden voor het eerst heeft gechoreografeerd. Die verjaardag vieren we met Nacera Belaza, een Frans-Algerijnse choreografe die een intieme solo zal creëren. Rites wordt een mooie en coherente avond met prachtige muziek – alle drie de balletten hebben een fantastische partituur – en die brengen we met live-orkest.'

Benjamin Abel Meirhaeghe vertrekt ook van die beroemde Le Sacre du printemps, maar maakt er een heel eigen creatie van, onder de titel a rite of spring.

'We kennen Benjamin Abel Meirhaeghe natuurlijk van A Revue en lopen binnen onze pijler Vonk een traject met hem. Samen met drummer Lander Gyselinck waagt hij zich aan een hercreatie van Le Sacre du printemps, maar hij vertrekt van de oorspronkelijke choreografie van Vaslav Nijinsky. Vragen die hij daarbij stelt zijn: hoe neem je zo’n iconisch ballet mee naar de toekomst, hoe ga je om met het radicaal-vernieuwende potentieel dat er nog steeds in zit? Benjamin Abel Meirhaeghe wil met performers een nieuw ritueel ontwikkelen en plaatst het vrouwelijke lichaam centraal.'

Dat brengt ons naadloos bij choreografe Florentina Holzinger en haar spraakmakende voorstelling SANCTA.

'Florentina Holzinger is een van de opwindendste choreografen van vandaag en ik ben superblij dat ze met haar performers en met ons koor en orkest SANCTA bij ons brengt. De voorstelling heeft intussen op grote festivals en in befaamde operahuizen gestaan en het publiek is telkens laaiend. Florentina Holzinger neemt een eenakter van Paul Hindemith, Sancta Susanna, als uitgangspunt om de rituelen binnen de katholieke kerk ter discussie te stellen. Daar hebben mannen het voor het zeggen en worden vrouwen tot zondaressen gemaakt. In SANCTA schudt ze met haar performers alle schuld en schaamte van zich af. Samen eisen ze de liturgie opnieuw op in een groot bevrijdend feest. Het operagenre zelf is evenmin een heilig huisje. Florentina Holzinger gooit echt alle remmen los en vermengt op een heerlijke manier de hoge en lage cultuur. Het resultaat is een hybride voorstelling waarin dans en opera samenkomen.'

Naast SANCTA is ook onze afsluiter Carmen een hybride productie.

'Carmen wordt de grootste productie die we met ons huis ooit hebben gebracht, met ons koor, kinderkoor, ballet en orkest samen aan het werk. Choreograaf en regisseur van dienst is Wim Vandekeybus. Hij brengt Carmen als een tijdloze mythe en houdt zich ver van de Spaanse folklore. Hij gaat terug naar de archetypische, bijna rituele wortels van het verhaal. Denk aan het thema van de stierengevechten, die een soort initiatierite zijn. Wim Vandekeybus wil inzetten op de basistegenstellingen in het verhaal – man versus vrouw, vrijheid versus conventie – en doet dat op een erg lichamelijke manier. Hij is een choreograaf die zijn dansers en spelers steeds tot het uiterste pusht. Het is boeiend hem aan een vitalistisch werk als Carmen te koppelen. Ik ben erg benieuwd naar het resultaat.'

Ook Mozarts Don Giovanni gaat over de strijd van de geslachten. Wat kunnen we verwachten van regisseur Tom Goossens?

'Don Giovanni is een van de weinige mythes die Europa in de nieuwe tijd heeft voortgebracht, naast Faust. Faust gaat over het streven naar kennis, Don Giovanni handelt over de losbandigheid, de zonde, het vlees. Al in de eerste maten verkracht Don Giovanni een vrouw, later zal hij haar vader vermoorden, en toch gaat een enorme verleidelijkheid van hem uit. Tom Goossens wil via het theatrale spel onderzoeken waarom dit verhaal ons blijft fascineren. Tegelijk brengt hij het naar vandaag, naar onze tijden van #metoo en cancel culture. Samen met de spelers en het publiek wil hij onderzoeken of er een uitweg kan zijn voor Don Giovanni? Avond na avond, telkens wanneer de opera wordt opgevoerd, wordt hij op het einde naar de hel gestuurd. Kan die eeuwige loop doorbroken worden? Hoe is een tweede kans mogelijk?'

‘Telkens wanneer de opera wordt opgevoerd, wordt Don Giovanni op het einde naar de hel gestuurd. Kan die eeuwige loop doorbroken worden? Hoe is een tweede kans mogelijk?’

– Jan Vandenhouwe

Voor de muziekliefhebbers wordt het alvast smullen in 25/26, met Don Giovanni, Parsifal, Carmen en Nabucco op de affiche.

'Helemaal, daarmee brengen we absolute meesterwerken van de vier grote operacomponisten Mozart, Wagner, Bizet en Verdi – in wiens Nabucco de Braziliaanse regisseuse en filmmaakster Christiane Jatahy een tijdloos verhaal over migratie, identiteit en extremisme blootlegt. En ook bij onze balletvoorstellingen valt prachtige muziek te beleven. Zo brengt de Griekse choreograaf Christos Papadopoulos zijn OPUS naar OBV. Dat is een zinderende groepschoreografie op Die Kunst der Fuge van Bach. Ook in de tweede triple bill van ons ballet zal muziek van Bach live te horen zijn: in Love & Loss brengt ons balletgezelschap drie aangrijpende dansvoorstellingen op één avond. Anne Teresa De Keersmaeker herwerkt haar choreografie op Bachs tweede cellosuite uit de voorstelling Mitten wir im Leben sind. Van de Cellosuites wordt aangenomen dat Bach die heeft geschreven bij de dood van zijn eerste echtgenote. Daarnaast staat William Forsythes ontroerende Quintett op het programma. Die lyrische wals voor vijf dansers maakte hij als een laatste liefdesbrief aan zijn terminaal zieke vrouw.'

2025 is het afsluitende seizoen van onze muziekdirecteur Alejo Pérez bij OBV. Hij dirigeert Parsifal.

'Er is geen mooier werk om de zes jaar die hij bij ons geweest is mee te bekronen dan Parsifal, waarin alle muzikale afdelingen van ons huis – orkest, koor en kinderkoor – samenkomen. Wagner is, net als Richard Strauss, Alejo’s kernrepertoire dus dat is echt in schoonheid eindigen. Alejo blinkt als maestro uit met zijn analytische kijk op muziek en zijn verfijnde lezing van de partituur. Hij heeft een uitzonderlijk vermogen om de moderniteit in stukken naar boven te halen. Vriend en vijand zullen toegeven dat het orkest alleen verbeterd is in de jaren dat hij op de bok stond. Het is daarom niet meer dan verdiend dat Alejo naast Parsifal nog een afscheidsconcert dirigeert met Das Lied von der Erde van Mahler en de zesde van Beethoven, de Pastorale.'

De opera in Gent sluit tijdelijk in januari 2026, maar voor het Gentse publiek zijn er aanlokkelijke alternatieven.

'Klopt zeker. We brengen ballet in de Capitole en concerten in De Bijloke en de MIRY Concertzaal. Bovendien kan het publiek naar Carmen in Concertgebouw Brugge en in een partnerschap met de Opéra de Lille bieden we in Rijsel De zaak Makropoulos aan, in de fantastische regie van de Hongaar Kornél Mundruczó die hier in 2016 is gecreëerd. Daarin vertelt Leoš Janáček over een vrouw die van haar vader, een alchemist, een drankje heeft gekregen waardoor ze niet kan sterven. We zien voor onze ogen hoe verschrikkelijk het is het eeuwige leven te hebben. Dat brengt ons opnieuw bij die eindeloze Parsifal en het meest enigmatische personage in die opera: Kundry. Ze heeft gelachen met het lijden van Christus en daarvoor werd ze gestraft. Ook haar vloek is dat zij steeds opnieuw geboren wordt.'

Gaan we als uitsmijter nog even terug naar waar we begonnen, naar Parsifal en Carmen. Het is interessant dat de filosoof Nietzsche die twee opera’s als absolute tegenpolen zag en daar vurig over heeft geschreven.

'Nietzsche was lange tijd de grootste bewonderaar van Wagner en veel van zijn filosofie is in dialoog met hem ontstaan. Wagner was sowieso de belangrijkste persoon in zijn leven… maar toen kregen ze ruzie. Nietzsche zag Parsifal als een knieval van Wagner voor het katholieke geloof. Terwijl die met Tristan und Isolde nog zo het lichaam, het seksuele en de drift had verklankt, schreef hij nu een opera over een groep mannen die het kuisheidsideaal centraal stellen! Volgens Nietzsche was Parsifal een ziekelijk ongezond werk dat tegen het leven in geschreven was, terwijl Carmen een en al ritme en levenskracht was. Daar zag hij echte mensen met echte emoties die ongegeneerd passioneel konden zijn. Tegelijk heeft Nietzsche ook gezegd dat de ouverture tot Parsifal het mooiste was wat hij ooit gehoord had… Ik vind het extra boeiend om die twee werken, die ooit zo tegenover elkaar gesteld zijn, in één seizoen, aan het begin en het einde, te programmeren.' ∆

Ontdek seizoen 25/26

Productiebeelden:
GRAND FINALE, Hofesh Shechter Company © Maciek Rukasz
Le Sacre du printemps, Opera Ballet Vlaanderen © Filip Van Roe
NABUCCO © Carole Parodi
SANCTA © Mayra Wallraff
Quintett, Ballet Zürich © Carlos Quezada

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Volg ons