Giorgio Battistelli
De Italiaanse componist Giorgio Battistelli wordt in 1953 in Rome (Albano Laziale) geboren. Hij behaalt zijn diploma compositie onder Giancarlo Bizzi in het Conservatorium Alfredo Casella van L’Aquila, waar hij ook muziekgeschiedenis en piano studeert. In 1974 sticht hij met enkele andere muzikanten een onderzoeks- en muziekexperimentengroep rond Edgard Varèse en is hij lid van de instrumentale groep 'Beat 72' in Rome. In 1975 is hij in Keulen, waar hij compositieseminaries volgt bij Karlheinz Stockhausen en Mauricio Kagel en in 1978-‘79 volgt hij in Parijs cursussen percussie bij Jean Pierre Drouet en Gaston Sylvestre. Zijn eerste composities zijn voor percussie: Uno e trino (1975) en Comme un opéra fabuleux (1979); gevolgd door het orkestwerk Il racconto di Monsieur B. voor orkest (1980).
In het begin van de jaren ’80 manifesteert Battistelli zich als een van de interessantste componisten van zijn generatie. In 1983 gaat hij met een beurs naar Baden-Baden en in 1985-’86 resideert hij in Berlijn op uitnodiging van de 'Deutscher Akademischer Austauschdienst'. Dat is ook het tijdstip waarop zijn samenwerking met Casa Ricordi begint, het Italiaanse huis dat nog steeds zijn partituren uitgeeft. Hij schrijft werken als Experimentum mundi (1980), een 'opera di musica immaginistica' op fragmenten uit de encyclopedie van Diderot en D’Alambert, waar ondertussen al meer dan 200 opvoeringen van geweest zijn; Jules Verne, een “'antasia da camera in forma di spettacolo' (1987); Anima voor xilomarimba, basmarimba en grote trom (1988); Le Combat d’Hector et d’Achille (1989), dat op het Festival Musica van Straatsburg in première gaat; en Globe Theatre, een 'Ballett zur Jahrtausendwende' (1990).
Van 1993 tot 1996 is Battistelli artistiek directeur van Montepulciano’s Cantiere Internazionale d’Arte en van 1996 tot 2002 van het Orchestra della Toscana. In de jaren ‘90 breekt Giorgio Battistelli internationaal door. In 1992 wordt zijn tweeakter Teorema gecreëerd in de opera van Firenze voor de 53ste Maggio Musicale Fiorentino. De opera Prova d’Orchestra op een libretto van de componist naar Federico Fellini gaat in 1995 in première in de Opéra du Rhin van Straatsburg. Zijn 'monodrama del Prometeo moderno', Frau Frankenstein, wordt op de Biënnale van Berlijn gecreëerd door het Ensemble Modern (1993) en de hommage aan Octavio Paz, Paz Music, wordt gecreëerd onder leiding van Luca Pfaff.
In het begin van de 21ste eeuw gaan twee grote werken van Battistelli in première: de opera’s Impressions d’Afrique (naar Roussel) in 2000 op de Maggio Musicale in Firenze in een productie van Georges Lavaudant en onder muzikale leiding van Luca Pfaff; en Auf den Marmorklippen naar de roman van Ernst Junger in 2002 in het operahuis van Mannheim in een productie van het Catalaanse gezelschap La Fura dels Baus en gedirigeerd door Adam Fischer.
Wat opvalt in de catalogus van Giorgio Battistelli is het grote aandeel composities dat ofwel voor het theater geschreven is ofwel theatrale of tekstuele elementen bevat: Aphrodite, 'monodramma'; The Cenci, 'Teatro di musica da Antonin Artaud'; The Embalmer, 'Monodramma giocoso da camera' zijn nog enkele voorbeelden.
Giorgio Battistelli werkt op libretti in verschillende talen. Zijn laatst gecreërde opera, El Otoño del Patriarca (Bremen, juni 2004) is gebaseerd op de beroemde roman van Gabriel García Marquéz en benut een volledig Spaans libretto.